Alles wijst erop dat het Eindhovens Vocaal Ensemble -in de wandeling EVE genoemd- nauwelijks of niet te onderscheiden is van een beroepskoor. Opnieuw gaven dirigent Ruud Huijbregts en zijn vocalisten daar vrijdagavond blijk van. Zowel de gestructureerde polyfone koordelen uit Bachs Weihnachtsoratorium als de interessant-geharmoniseerde koralen komen er schijnbaar probleemloos uit.
De moeilijkheidsgraad in acht genomen is dat een opgave van jewelste. Vanuit de zaal valt waar te nemen hoe Huijbregts met ontspannen, maar niet mis te verstane gebaren zijn koor aanzet tot grootse daden. In een kortelings verschenen boekwerk (Eindhovens Muziekstad) staat te lezen "dat sedert 1981 het EVE een strakke muzikale discipline hanteert. De zanggroep werkt snel en effectief met vergevorderde vocalisten en besteedt veel aandacht aan authentieke uitvoeringspraktijken in overeenstemming met beoogde stijlperioden. Met name sinds 1986 voert Ruud Huijbregts een indrukwekkende serie 17e en 18e eeuwse werken uit, bijgestaan door het Brabantsch Muzyk Collegie". Dit authentieke instrumentale gezelschap, nog betrekkelijk jeugdig, maar bijzonder kundig musicerend, mag als voorbeeld dienen voor menig begeleidingsorkest.
Uitgesproken vakkennis, stijlbegrip en idealisme profileren zich in de gelederen van het Muzyk Collegie. Ook de talrijke continuo-gedeelten mogen er zijn. Als uitgelezen harmonische prestatie fungeert de organist Gerard Habraken, bijgestaan door de vaardige barokcellist Frank Wakelkamp.
De betreffende delen (4,5 en 6) uit Bachs Weihnachtsoratorium verleenden omvangrijker kansen aan de sopraansoliste Jolanda Sengers, dit maal -zoals dat hoort- door de belichtingsmensen keuring in het zonnetje gezet. Haar ietwat mezzo-achtig gekleurde stem voldeed in ruime mate. Toch overtrof zij zichzelf vooral in de hogere regionen. "Flöszt, mein Heiland" en "Nur ein Wink", benevens enkele duetten en een zeer fraai klinkend Terzett getuigden daarvan. Als vervanger van de bas Geert Smits soleerde ditmaal Math Dirks, een zanger met een innemende stem en de nodige muzikaliteit. Opnieuw viel ook de als Myra Kroese te bewonderen vanwege haar stabiele, rustgevende toonontwikkeling. Ook Frank Fritschy mocht tijdens de uitvoering geroemd worden om zijn warme, tevens helder tenorstem.
In mijn vorige beschouwing viel te lezen: "Er existeerde een publiek van klasse. Muisstil, maar adembenemend volgden de aanwezigen de hooggestemde prestaties van solisten, koor en orkest." Het applaus was (opnieuw) ovationeel en ...verdient!