Ze zat er vreselijk mee in haar maag, onze sopraan. Na het tover debacle van vorig jaar was er besloten een muziekmiddag te geven in plaats van een tovermiddag. Het oude Hammond-orgel in de kroonluchterzaal, daterend uit de vijftiger jaren, was hard aan vervanging toe. Nadat ze meerdere malen had aangedrongen bij de prinsgemaal dat er iets nieuws moest komen, stemde hij toe. Er werd besloten een prachtige Steinwayvleugel aan te schaffen. De firma Van Tuba kwam het ding afleveren en de hele hofhouding stond bewonderend rond het zwart glimmend ding. De sopraan zette zich aan het klavier en zette een vocalise van Vacai mittelhoch in (zo hoog kon ze nou ook weer niet). De oh's en ah's waren niet van de lucht. Na een half uurtje stond ze op, klapte in haar handen en riep: "Iedereen weer aan het werk". Toen de oude keukenhulp over een snoer struikelde zag ze ineens dat bakbeest van een Hammondorgel midden in de kroonluchterzaal staan. Hoe raak je zoiets kwijt?
Er gingen een paar dagen voorbij en de muziekmiddag naderde. Er waren tijdig enige prominente musici uitgenodigd, dus het beloofde een succes te gaan worden. Maar pontificaal stond dat orgel nog in de weg te staan. 's Avonds onder het haar borstelen wist ze het ineens. Twee kastelen verder woonde een prinses die Adèle heette. Een ietwat ordinair ding van iets in de vijftig, die door haar dranklust het hele familiefortuin erdoor had gejaagd en zo wel gedwongen was om het met tweede handsjes te doen. Als je daar binnen kwam zag je het meteen. Stoelzittingen waar de veren uitstaken, een glazen salontafel waar een enorme barst inzat. In de koelkast alleen etenswaren van de supermarkt met van die oranje stickers die zeggen nu goedkoop want morgen is het niet meer goed. En een schuur vol met oude spullen die nog wel eens van pas konden komen. Daar gaat dat orgel heen dacht de sopraan. Maar, omdat ze zogenaamd niets aanneemt van buren (je weet hoe oude adel is) moeten we een list verzinnen om het daar te krijgen. Dus 's nachts om 12 uur werden alle mannen van het kasteel uit bed gehaald voor deze geheime missie. Het orgel werd op een kar geladen en tot vlak voor het kasteel van Adèle gereden. Daar werd het door al die sterke mannen de kasteeltuin, overwoekerd door het onkruid, in gedragen en voor de schuurdeur neergezet. Het miezerde een beetje.
De volgende dag moest de sopraan de hele dag weg. Ze ging 's morgens paardrijden, 's middags naar de kapper en 's avonds ging ze kienen. Toen ze om 23.00 uur uitgeput thuiskwam en zich met een whisky op de bank liet vallen ging de bel. Het was Adèle. "Zeg ik heb zoiets raars meegemaakt" zei ze. "Vanmorgen vond ik een Hammondorgel voor de schuurdeur en ik weet helemaal niet waar dat vandaan komt. Ik ben vandaag bij al die kastelen hier in de buurt langs geweest, maar niemand weet er iets van. Ik heb het maar binnen gezet want het was een beetje nat, maar hij doet het nog goed. Ik weet ook wel wie ik er een plezier mee kan doen. Mijn neefje prins Jeffrey zit namelijk in een dansorkestje (de hele familie was een beetje aan lager wal geraakt) waar ze zo'n ding goed kunnen gebruiken". De sopraan onderdrukte een zucht van verlichting, bood Adèle een Crodino aan en zei dat ze nergens van wist. De moraal hier is dat je met een beetje fantasie een probleem altijd kunt omzetten in een goede daad.